Netwerk Welzijn Voorop: ‘Leerzaam om te zien hoe het bij andere organisaties gaat’

Anne is al 5 jaar met veel plezier welzijnsbegeleider bij Norschoten. Begin 2021 was ze bij de online bijeenkomst Welzijn Voorop van Waardigheid en trots. Daar werd ook de mogelijkheid van een netwerk benoemd. ‘Ik dacht meteen “wat leuk” en heb me opgegeven. Sindsdien ben ik trouw aanwezig.’ Het netwerk ging midden in de coronatijd van start en dat bleek waardevol. ‘Alles was anders in die periode. We moesten activiteiten op een andere manier organiseren en meer zorggerelateerde taken uitvoeren. Het was ontzettend fijn om het daar met elkaar over te hebben. Om te horen hoe de anderen daarmee omgingen. Daar heb ik veel aan gehad.’

Samen verantwoordelijk voor welzijn

Minstens zo waardevol was het gesprek over de positie van welzijn binnen de organisaties. ‘Norschoten besteedt meer dan gemiddeld aandacht aan welzijn’, zegt Anne. Toch heb ik wel eens het gevoel dat welzijn door zorgcollega’s wordt gezien als minder belangrijk. Ik dacht dat dat alleen bij ons zo was. Maar iedereen herkende dat gevoel. Het is fijn te horen dat je daar niet alleen in bent.’ Dat bracht het gesprek op de samenwerking tussen zorg en welzijn. Want die kan bijna overal beter. ‘We zijn samen verantwoordelijk voor welzijn! Maar de zorg heeft het meestal te druk. Daarom hebben we bij Norschoten nu sfeermakers. Dat zijn betaalde krachten in de huiskamers die er zijn voor de bewoners. Dat is fijn voor de bewoners én voor de zorgmedewerkers. De welzijnsbegeleiders begeleiden de sfeermakers.’

Het houdt je alert

Anne deelde het voorbeeld van de sfeermakers in het netwerk. Zij hoort op haar beurt hoe anderen welzijn vormgeven. ‘Zo leren we van elkaar. En het houdt je alert. Als je al een tijdje in je eigen organisatie werkt, worden dingen normaal. Je doet iets omdat je het altijd zo hebt gedaan. Dan is het leerzaam om te horen hoe het bij andere organisaties gaat.’

Mensen inspireren

Dat is waar netwerkbegeleider Mylène het voor doet. ‘Ik vind het fijn om mensen te inspireren. Dan ontstaat een bepaalde energie, het begint te borrelen en te bruisen. Daar word ik blij van.’ Ze omschrijft het netwerk als een persoonlijk en collectief proces. ‘Mensen lopen ergens tegenaan, een van de anderen helpt en gaandeweg gaat het stromen. Door met elkaar over een thema te praten, voel je dat mensen weer ideeën krijgen. Het is erg leuk om dat te begeleiden.’

Ongeveer 7 deelnemers

Mylène is zelf ook activiteitenbegeleider, bij Ridderspoor. Ze was ook een van de sprekers op de bijeenkomst Welzijn Voorop. Inmiddels begeleidt ze 2 netwerken. ‘Daar ben ik voor gevraagd. Het leek me leuk, dus toen ben ik het gaan ontdekken. Maar wel met hulp van Marieke Stork hoor, de netwerkmanager van Waardigheid en trots.’ Ze vertelt dat haar netwerken ieder uit ongeveer 7 deelnemers bestaan. ‘Dat is een mooi aantal. Want zelfs als alle deelnemers er zijn, kan iedereen aan de beurt komen. En als er 1 of 2 afwezig zijn, heb je toch nog een leuk groepje over.’

Workshop geven

De onderwerpen staan niet van tevoren vast, aldus Mylène. ‘Misschien gaan we dat later wel doen, maar nu komt er elke keer nog voldoende uit het netwerk zelf. Welzijn ten tijde van corona was inderdaad een veelbesproken onderwerp. En hoe je ermee omgaat dat de zorg altijd voorgaat. Terwijl welzijn zo belangrijk is! Hoe maak je aan je collega’s duidelijk dat de rollen niet afgebakend zijn?’ En dan kan het maar zo gebeuren dat een deelnemer vertelt dat er in haar organisatie een workshop is gegeven over de rol van vrijwilligers. ‘Dan vragen we natuurlijk direct of ze die workshop ook een keer aan ons kan geven. Die uitwisseling is ontzettend leuk.’

Bij elkaar in de keuken kijken

Loes Seuren zit in het derde netwerk Welzijn Voorop, dat begeleid wordt door Angela Woestenburg, coördinator welzijn bij ViVa! Zorggroep. Loes is activiteitenbegeleider bij De Zorggroep. Ook zij was bij de online bijeenkomst Welzijn Voorop en gaf zich op toen ze hoorde dat er netwerken van start gingen. ‘Omdat het fijn is om bij elkaar in de keuken te kijken en dingen van elkaar te leren. Zelfs als je eigen organisatie oog voor welzijn heeft, zoals die van mij.’

Samenwerken met alle disciplines

Haar netwerk werkt wel met vooraf gekozen thema’s. En die worden ook van tevoren voorbereid. ‘Eerst deed Angela dat, nu is elke keer een andere deelnemer aan de beurt.’ Samenwerking tussen de verschillende disciplines was zo’n thema. ‘We hebben besproken dat het belangrijk is verbinding te maken met alle disciplines. Toevallig ging ik toen net van een grootschalig verpleeghuis over naar een kleinschalige woongroep. De tips om die samenwerking goed neer te zetten kwamen dus goed van pas. Dat je het gesprek erover moet aangaan bijvoorbeeld. En dat het leuk is om samen verantwoordelijk voor het welzijn van de bewoners te zijn. Want dan kun je het completer maken. Als je het samen doet, ontstaan ook leuke ideeën. Dingen die je zelf misschien niet zou bedenken. En activiteiten die je samen organiseert, worden ook meer gedragen.’

Mee op huisbezoek?

Ook de intake en het peilen van interesses in activiteiten waren een thema. ‘De cliënt “zien” noemen wij dat. Wij doen de intake als een bewoner een paar weken bij ons woont. Dan komen we vragen wat de bewoner graag wil doen en zijn of haar levensverhaal optekenen. Zorgmedewerkers gaan ook wel op huisbezoek bij een nieuwe bewoner, dus vóór de verhuizing. In het netwerk hebben we het erover gehad of het niet fijn zou zijn als dan een activiteitenbegeleider meegaat. Want als je iemands huis ziet, heb je de interesses vaak beter in beeld.’

‘Naast de thema’s is er ook altijd ruimte om te bespreken waar we op dat moment tegenaan lopen’, besluit Loes. ‘Dan krijg je tips waar je weer mee verder kunt. Het is gewoon heel fijn om bij zo’n netwerk aangesloten te zijn. Met mensen met wie je over je werk kunt sparren. Het zijn eigenlijk collega’s, maar dan van andere organisaties.’

Meer weten

• Lees ook: Land van Horne en VIVA! Zorggroep: méér informele zorg vraagt om méér samenwerken